CECI N'EST PAS UNE GALERIE

 

[d'Oude Binnenstad, december 2015]

 

Galerie PR2 aan de Oudezijds Voorburgwal 97A is geen galerie. Je ziet er geen glazen deur die een ongenaakbare ruimte afschermt met kunstwerken, opgehangen in streng gelid. Geen verkoper met opzichtersblik die je vanaf zijn tafeltje in de gaten houdt. Geen gewijde stilte... niets van dat al! Bij PR2 ben je binnen voor je 't weet en voel je je opgenomen in een huiskamer. Alles is hier onnadrukkelijk - alsof je even bij vrienden binnenloopt.

Vrienden die toevallig mooie dingen aan de muur hebben hangen. Een moeder en dochter in een Russisch badhuis, blozend en bloot, onbekrompen van afmetingen maar toch intiem en ingetogen. Vier meisjes, leunend tegen een zondoorstoofd muurtje in Katwijk. Een meisje dat viool speelt, ze heeft net haar arm laten zakken. Maar ook knotwilgen langs een vliet, zo knotterig als het maar kan, bollenvelden, een blik in een verregende Stormsteeg...

Het zijn werken van Natalia Dik, de Russische schilderes die samen met haar man Peter Rijs de galerie exploiteert. Landschappen, stillevens en portretten, in olieverf geschilderd in een losse, expressieve stijl. Natalia is niet de enige die hier hangt. PR2 herbergt een unieke verzameling realistische kunst, overwegend geschilderd en plein air, in de buitenlucht.

Peter Rijs begon zijn galerie vier jaar geleden aan de Geldersekade, verkaste naar de Zeedijk en vond hier aan de Voorburgwal in oktober dit jaar de perfecte ruimte, met hoge wanden waaraan hij ook grotere stukken kan ophangen. We praten achterin aan tafel, vlakbij de keuken, waar het altijd lekker ruikt.

Van oorsprong is Peter een 'techneut', maar gevoel voor kunst had hij altijd al. Elf jaar geleden wilde hij portretten laten maken van zijn zoon en dochter en zat hij een beetje te googelen naar de Zaandijkse kunstenaar Cor Dik, die hij kende. 'Kreeg ik ineens een hit naar aan advertentie op Marktplaats, gezet door een Russisch meisje dat verkering had met een jongen uit Maastricht. Ze zocht schilderopdrachten voor haar moeder Natalia, die toevallig ook Dik heette.'

Toen hij Natalia's werk zag, wist Peter meteen: díe moet ik hebben. Natalia zat toen in Kiel en kwam naar Amsterdam, 'met rollen schilderslinnen onder haar arm, zo'n Russisch veldezeltje en een rugzak.' Ze maakte twee prachtige portretten van Peter z'n kinderen en vertrok daarna weer. 'Ik vond haar wel aardig,' zegt hij.

Maar twee jaar later zat Natalia weer een tijdje in Duitsland, kwam op bezoek 'en toen ging het balletje aan het rollen. Drie jaar geleden zijn we getrouwd.'

Natalia is geboren in 1961 in Novoaltaisk, een dorp in de buurt van Novosibirsk in Zuid-Siberië. Haar opleiding kreeg ze 1400 kilometer verderop, in Sint-Petersburg. 'Maar dat maakte me niets uit,' zegt ze. 'Ik had geen enkele twijfel: ik wilde schilder worden.'

Wel was het een enorm verschil met haar geboortedorp. 'Sint-Petersburg is als een lieve oude dame, die precies weet hoe 't hoort. Heel anders dan Moskou. Moskou is..' en ze neemt een onverschillige, onderuitgezakte houding aan.

En Amsterdam? 'Hmm.. toch een beetje meer als Moskou. Doe maar normaal. Maar dan met de culturele status van Sint-Petersburg. Amsterdam is twee derde Moskou, een derde Sint-Petersburg.'

In Sint-Petersburg studeerde ze aan de Ilja Repin Academie, een van de beste schilderopleidingen ter wereld. Ze mocht er zelfs in Repins vroegere atelier werken, een grote eer. 'Het belangrijkste dat ik daar leerde, is onderdeel te zijn van een keten. Verbinding met schilders uit oude tijden, Russische, maar ook de Nederlandse die in het Rijksmuseum hangen.'

In 1989 won ze de Zilveren Nominatie van het cultuurministerie van de Sovjet-Unie, wat haar in staat stelde een half jaar door Europa te reizen. Na haar opleiding kon ze aan de academie blijven, maar liever ging ze haar eigen weg.

Elf jaar is Natalia nu in Nederland, als ze tenminste niet in Sint-Petersburg zit om les te geven, of op reis is naar schildersfestivals. Dit jaar zat ze bijvoorbeeld in Duitsland, Kenia en Katwijk. De resultaten hangen hier aan de muur, onder andere een meeslepend klein strandgezicht uit Katwijk waar de schilders van de Haagse School nog een puntje aan kunnen zuigen.

Het duurde wel even voordat het klikte tussen Natalia en het Nederlandse landschap. 'Ik ben geboren in de steppe. Daar heb je de horizon. Een grote riesige himmel en platte grond. In hartje zomer is alles verschroeid. Oker beneden, boven die blauwe himmel. Hier in Nederland dacht ik de eerste drie jaren: ja, is mooi, maar wat moet ik ermee? In Rusland is alles breed, hier klein - alles is detail, detail, detail, je kan verloren raken in al dat kleine. Maar toen ging er een deurtje open. We zijn hier in een oude stad, met licht, water en wolken - een mooie pap van luchten en huizen, met allemaal van die kleine steentjes. Door het mooie licht en de lucht wordt alles verbonden.'

'We zitten hier aan de looproute van The Grand naar de Oude Kerk,' zegt Peter. 'Mensen krijgen die kerk in het vizier, lopen erheen en komen dan bij ons voorbij. Ook veel kunstenaars komen hier binnenlopen, ze herkennen de kwaliteit van het werk. Maar tachtig procent van wat we verkopen, gaat naar het buitenland. In Nederland wordt plein air kunst nog beschouwd als minder verfijnd dan atelierkunst.'

Dikke onzin vindt hij dat. 'Een schilderij dat heel snel geschilderd is, vanuit de buik, is vaak veel mooier. Van Gogh schilderde ook in het veld en maakte twee schilderijen per dag! Het zicht op de Oudezijds Kolk hier voor de deur is door honderden kunstenaars geschilderd. Daarna kwam de tijd dat alles wat naar realistisch zweemde, niks was, maar nu is het duidelijk weer terrein aan het winnen.'

Hij merkt het als Natalia hier op de gracht zit te schilderen: 'In no time staan er tien mensen omheen. Maar in galeries en musea is plein air nog steeds een beetje ondergeschoven. Ik weet dat hier museale kunst hangt, voor weinig geld, maar ze komen niet!'

Natalia onderbreekt hem: 'Rustig, rustig. Dat moet gedaan zijn. Een grote rivier vloeit ook traag.' Maar ze is het wel met Peter eens: een schilderij moet getoond worden, voor veel mensen toegankelijk zijn. 'Het is onze grootste eer, dat iemand erdoor geraakt wordt. Belangrijker dan dat het meteen wordt betaald en verdwijnt naar een kamer, een van de miljoenen kamers in de wereld. Eigenlijk is die eer een plicht. Om hier een galerie te geven, houden zo! Rembrandt heeft hier met eigen voeten gelopen... dat moet doorgaan.'

 

Terug naar overzicht met artikelen