DE ZEEDIJK

 

[ Ons Amsterdam, februari 2005 ]

 

Kisten lieten ze zich nooit. Ook toen de dijk een no-go area was geworden, bleven ze halsstarrig zitten waar ze zaten. En nu worden ze daarvoor beloond. Geen burgemeester of koningin die de Zeedijk bezoekt of ze gaan op de foto met Tante Trui, Tante Aal en Greet van Beeren. Vroeger stikte het op de dijk van zulke tantes en omes. Je had er toen wel zestig kroegen, maar het was ook een woon- en winkelstraat. Voor kinderen was het een veilige, beschermde buurt - daar zorgden die ooms en tantes wel voor als ze uit het raam hingen. In De Zeedijk van Eveline Brilleman worden ze met liefde geportretteerd, samen met de kasteleins, de winkeliers die niet wilden wijken, de wijkagent, het Zeedijkkoor en de 'durfals' die een nieuwe zaak dorsten te openen toen de dijk 'de langste schutting van Amsterdam' was geworden. Veel van hen waren Chinezen, die daarmee een belangrijk aandeel leverden aan de hernieuwde bloei.

Rond 1500 was de Zeedijk 'een straat van stand'. Aan de even zijde stonden de koopmanshuizen en hebben zelfs burgemeesters gewoond. Later werd de dijk tot havenkwartier. 's Avonds was het er 'niet pluis', dan gebeurden er dingen die 'het daglicht niet konden verdragen.' Maar als dronken zeelui het te bont maakten, dan 'greep de penoze in.' Die ambachtelijke criminaliteit van vroeger wordt vaak met een soort vertedering beschreven, maar Brilleman doet daar niet aan mee. Die penozejongens hielden zich bij al hun toffigheid bezig 'met criminele activiteiten waarvoor uiteindelijk de buurt een zware tol moest betalen.'

Vooral de drugshandel betekende bijna een doodklap. Vanaf de jaren zestig werd de haven naar het westen verplaatst, waardoor veel zeemanskroegen sloten. Eind jaren zeventig was de totale verloedering een feit. Het stadsbestuur vond dat wel handig: zo bleef het drugsprobleem 'beheersbaar'. Pas na felle buurtacties en het aantreden van een nieuwe burgemeester, Ed van Thijn, kwam begin jaren tachtig de sanering op gang. De Stuurgroep Economisch Herstel Zeedijk, later omgezet in een NV, ging op zoek naar nieuwe ondernemers en bewoners.

Brilleman vertelt de verhalen van de dijk bijna in spreektaal, je hóórt die ooms en tantes vertellen. Alleen in de passages over het economisch herstel klinkt een ander soort taal door: die van een al te gedetailleerd evaluatierapport, waarin 'ambtenaren hun uiterste best deden', 'de lijnen naar het stadhuis kort en zeker waren' en elke 'hobbel genomen wordt.' Het moest erin, de NV Zeedijk was bij de totstandkoming van het boek betrokken, maar voor de gewone lezer is het een onwelkome onderbreking.

Wat niet wegneemt dat de aanpak van de NV wel degelijk een succes was: panden opkopen en restaureren, zorgen voor betrouwbare huurders en aandacht blijven besteden aan onderhoud en beheer. Simpel en doeltreffend. Het 'Zeedijkmodel' - een kleine flexibele organisatie die zich midden in het werkgebied heeft gevestigd en direct contact heeft met de "straat" - heeft duidelijk zijn nut bewezen, en slaat nu zijn vleugels uit over andere delen van de stad.

 

De Zeedijk

Door Eveline Brilleman

Uitgeverij THOTH, 2004

ISBN 9068683713

Terug naar overzicht met artikelen