[www.stadslevenamsterdam.nl/2016/05/18]
Nee, ik ga niet vertellen waar het is. Ergens in het Wallengebied. Je slaat door een hek een onopvallende gang in. Als dat hek openstaat, tenminste. Dat moet je maar afwachten, want alles is hier onzeker. Is het een steeg, een toegang tot een parkeerplaats? Hoort het ergens bij? Openbaar of particulier gebied? Verboden of vrije toegang?
Eén ding is maar zeker, hier. Het binnengebied waar je uitkomt, is van een ongehoorde rust en schoonheid. Een stuk of wat oude gevels buigen zich voorover naar een weelderige tuin die aan de andere kant begrensd wordt door de muur van een vroeger kerkgebouw. Een soort mini-Begijnhof is het eigenlijk, maar dan zonder toeristen.
En daar zit 'm de kneep. De bewoners worden gek bij de gedachte dat deze stadsoase opgenomen zou worden in het parcours van de voorbijslenterende Wallenkijkers. Daarom ondersteunen ze uit alle macht de status-quo, waarbij hun exclusieve recht op dit terrein min of meer wordt gedoogd, met de man van de hoek met de sleutel van het hek als onbezoldigd poortwachter.
Ik gun ze hun rust en begrijp hun angst; maar er wonen twee zielen in mijn borst. Want tegelijk kan ik me kapot ergeren aan de bewoners van afgesloten stegen die deze openbare ruimte in bezit hebben genomen als opslagplaats voor hun fietsen en kinderwagens, of als privéterras. Als er in stegen en op binnenterreinen overlast plaatsvindt, moeten die plekken verdedigd worden. Afsluiten en privatiseren is de weg van de minste weerstand en leidt tot een gebarricadeerde stad.
In veel stegen die eind vorige eeuw werden afgesloten, is een tussenoplossing gevonden door ze overdag open te stellen. Daarmee is bijvoorbeeld een unieke wandelroute door het Wallengebied in ere hersteld: de verbinding van de Geldersekade via Waterpoortsteeg, Spooksteeg, Vredenburgersteeg, Oudezijds Armsteeg en Guldehandsteeg naar het water van het Damrak.
Is dat ook een oplossing voor die plek waarvan ik de naam niet durf te noemen? Ik denk dat per saldo de voordelen overwegen, om verschillende redenen. Een principiële reden is dat de situatie nu maar op zijn beloop wordt gelaten; de instanties die erover gaan, hebben de kwestie als een hete aardappel in handen van de bewoners geduwd, en van de man van het hek op de hoek. Geen visie op het toekomstig gebruik van de stad, maar gedogen en wegkruipen.
Zo'n visie - en dat is de tweede reden - zou kunnen zijn dat het openstellen van zulke plekken een aanwinst is voor de veelzijdigheid van het Wallengebied. Als je daar plekken creëert waar de historische schoonheid van de stad prevaleert, maak je het gebied aantrekkelijk voor een ander soort toeristen, 'kwaliteitstoeristen'. Die heeft de binnenstad hard nodig om niet ten onder te gaan in een seks- en drugsmonocultuur. Dat is uiteindelijk ook in het belang van de bewoners van die mooie binnentuin.